Koester de Pioniersoorten
De speech van voorzitter Chandar van der Zande bij de feestelijke viering van de start van de bouw van De Warren
“ Ons verhaal begint bij wandelende woestijnheuvels, zanderige wandelende duinen, prachtige, maar tijdelijke fenomenen, door de wind gevormd, die er in de ochtend zijn, maar de volgende dag vertrokken, achter de horizon. Heuvels waar je niet kunt wonen, waar je niet kunt wortelen, waar geen plantje groeit, geen water te vinden is, waar de wind allemachtig is, prachtig, maar zonder leven, een kale duin. Maar soms, dan landt er een zaadje, van een type helmgras, of adelaarsvaren, aardbeiklaver, bilzekruid of een blauwe zeedistel, duinroos of duindoorn, geel nagelkruid of glad parelzaad, kruipend zenegroen of kromhals, lamsoor of lange zeekraal, het ruig viooltje of ruw vergeet-mij-nietje, de veldhondstong, of het vlasbekje, wolfspoot of wolfsklaver, zeepkruid of zilverschoon. Eén zaadje kan het verschil maken. Het werkt eerst zijn weg naar beneden, op zoek naar een drupje water, en houvast, krult zijn wortels om de zandkorrels, dan de kiemblaadjes, altijd twee, nooit alleen, om de zon te vangen en energie te vergaren voor de groei. En de ochtend erna vangen de blaadjes hun eerste dauw, en ontstaat een klein schaduwplekje, vlak onder het iele steeltje. De aarde wordt een beetje steviger, dáár bij de wortels van ons plantje, dat vlasbekje, of ruw vergeet-mij-nietje.
En dan, gedragen op de wind, stoot een een ander zaadje tegen de steel, blijft liggen, en vindt er zijn nieuwe thuis, groeit zijn wortels naar beneden, pakt de aarde verder samen en groeit omhoog en slaat zijn kiemblaadjes uit, altijd twee, nooit één alleen. Een vlieg komt aangevlogen, moe en verhit van de rit over de de grote zandvlakte en vindt verkoeling in de schaduw van de blaadjes en drinkt het drupje dauw dat naar beneden is gegleden van de steel. Over de dagen en maanden die volgen komen er steeds meer zaadjes bij, pakken de aarde samen met hun wortels, en bouwen aan het fundament van de heuvel die nu vast blijft liggen en niet langer aan de wandel is, geen tijdelijk fenomeen, niet langer de speelbal van de politieke wind die waait, een prachtige libelle komt langs en de eerste salamander vindt hier zijn lunch, dat hoort er ook bij, een vogel gaat even rustig zitten onder de struik die nu volgroeid begint te raken, en de zon komt op en de zon gaat neer, de maan die vult en de maan is nieuw, en nu is het lente en de vergeet-mij-nietjes, de distel, duindoorn en de ruige viooltjes staan in bloei! De bijen zoemen, de vlinders fladderen en de vogels kwetteren, het is er niet meer zo warm, de dauw wordt gevangen, het zand wordt langzaam donkere aarde en de heuvel die staat stil. En de eerste bomen beginnen te groeien, de berk, een echte pioniersoort.
En dan, dan komen de eerste konijntjes aan gehupt. De aarde is zo stevig dat ze een kuiltje kunnen graven, zonder dat deze instort, eerst alleen om even te ontsnappen aan de zon, maar later om te gaan wonen, een groot gangenstelsel vormt zich in de duin, in de berg die hun nieuwe thuis zal zijn, een konijnenburcht, een Warren. Er komen ook steeds meer kleintjes bij, een grote familie groeit er op, wordt oud, ze eet van de plantjes en het gras dat nu als een groene deken over de heuvel heen is gegroeid. De bomen groeien, de bladeren vallen, alles keert terug naar de aarde, waar de wortels doorgroeien, steeds dieper, de aarde steeds donkerder wordt en een stevig fundament bieden aan al de planten en beestjes die daar willen wonen.
De wandelende duin is een thuis geworden, en dat begon met dat ene zaadje, dat sterk genoeg was om in het losse zand wortel te kunnen schieten, zich weinig aantrekkend van wat de andere zaadjes zeiden die langs kwamen waaien, en vonden dat die plek, daar op die zandplaat, dat duin, maar winderig en waaierig was, en ver buiten de ring, van wat de zaadjes het vruchtbare centrum noemden. Daarvoor hebben we pioniersoorten nodig, zoals het ruwe helmgras, het ruige viooltje, het vlasbekje en de berk. Die moeten we koesteren, want ze pakken de grond samen, maken haar vruchtbaar voor de volgende generaties die daarna willen komen, de plantjes en de beestjes, en het groene ecosysteem dat volgt. Een buurt waar je wilt wonen.
Het eerste zaadje dat bij mij werd geplant kwam van Kim daar, het was een zaadje dat in zich KONIJN droeg, burning egg, Mangata, Drakentemmers van Lapin, en onze boerderij Toca do Coelho in Portugal, onze gemeenschap op Surinameplein, en ook De Warren. Nu groeit dit zaadje uit tot een echt gebouw, een permanente plek, de eerste van zijn soort, een pionier in de vorm van een nieuw thuis, duurzaam gebouwd, gemeenschappelijk bewoond, door en voor al die konijntjes die hier zullen gaan wonen, opgroeien en samen oud worden.
We hopen dat deze pionier, dit groeiende gebouw, volgende zomer, als een pluizige paardenbloemen haar zaadjes op de wind naar alle uithoeken van onze prachtige stad en ons mooie land brengt. Dat ze bij jullie en ieder die het ziet, ook een vruchtbare bodem vinden om te inspireren en te groeien. Zodat er nog velen zullen volgen.
We hopen dat deze pionier, dit groeiende gebouw, volgende zomer, als een pluizige paardenbloemen haar zaadjes op de wind naar alle uithoeken van onze prachtige stad en ons mooie land brengt. Dat ze bij jullie en ieder die het ziet, ook een vruchtbare bodem vinden om te inspireren en te groeien. Zodat er nog velen zullen volgen.
Vandaag leggen we het fundament van onze konijnenburcht, onze Warren, we slaan symbolisch de eerste paal de grond in, gevuld met onze wensen, onze zaadjes die we laten groeien, over het aankomende jaar. Ik ben dankbaar voor alles wat jullie hier aanwezig hebben betekend voor het groeien van De Warren tot wat het nu is. De Wethouder voor het bieden van de grond, de gedeputeerde voor het rijkelijk bevloeien van ons land, de crowdfunders voor hun vertrouwen, de gemeente voor de subsidies, het bouwteam voor het ontwerp, de aannemer voor de durf om te gaan bouwen en onze architect, die gedurende de hele groeiperiode met aandacht en zorg, met enorme inzet en met enthousiasme en liefde, samen met ons dit zaadje heeft opgekweekt tot het prachtige gebouw dat het zal worden. En zo dankbaar voor dit bestuur, deze doorzetters, liefhebbers en mooie makers, makkers, dank jullie Just, Gerard, Jovanka, Jacob-Jan, Merel, Joey en Kim. Dank Jullie wel. Als laatste mijn dankbaarheid voor onze gemeenschap, de konijntjes die meebouwen, graven aan de tunnels, die elkaar steunen als het nodig is, die mij steunen toen ik dat nodig had, samen bouwen we aan onze konijnenburcht: samen bouwen we aan De Warren. Dank Jullie wel, laten we samen blijven groeien. “